Jozef bleef in Egypte wonen, met zijn hele familie. Hij werd honderdtien jaar. Hij zag Efraïms kleinkinderen nog, en ook de geboorte van de kinderen van Machir, de zoon van Manasse, maakte hij nog mee. Toen hij zijn einde voelde naderen, zei hij tegen zijn broers:
‘God zal zich jullie lot aantrekken:
Hij zal jullie uit dit land wegleiden en je naar het land brengen dat Hij onder ede aan Abraham, Isaak en Jakob heeft beloofd. Zweer me dat jullie, wanneer God zich jullie lot aantrekt, mijn lichaam van hier zullen meenemen.’ Jozef stierf toen hij honderdtien jaar was. Hij werd gebalsemd en in een sarcofaag gelegd, in Egypte.
Lees ook deze Berichten:
Genesis 42:18-28 Jozefs broers in Egypte 2
Genesis 20:1-7 Abraham en Sara bij Abimelech 1
Genesis 23:10-20 Koop van een familiegraf 2
Genesis 35:16-29 Jakob opnieuw in Betel 2
Genesis 25:1-11 Abrahams levenseinde
Genesis 20:8-18 Abraham en Sara bij Abimelech 2
Genesis 26:34-35 Jakob ontneemt Esau de zegen 1
Genesis 2:5-14 De tuin van Eden 1
Genesis 21:22-34 Bondgenootschap met Abimelech
Genesis 49:1-15 Jakobs levenseinde 4
Genesis 32:2-16 Jakob oog in oog met Esau 1
Genesis 41:1-16 De droom van de farao 1
Genesis 37:1-11 Jozef verkocht en naar Egypte gebr...
Genesis 2:1-4 De schepping van hemel en Aarde 3
Genesis 21:1-13 Isaak en Ismaël 1
Genesis 27:34-46 Jakob ontneemt Esau de zegen 4
Genesis 13:2-18 Scheiding tussen Abram en Lot
Genesis 44:14-23 Jozefs broers opnieuw in Egypte 5
Genesis 4:17-26 Adams zonen 2
Genesis 16:1-16 De geboorte van Ismaël
Genesis 15:1-11 Abrams visioen 1
Genesis 39:1-8 Jozef en de vrouw van Potifar 1
Genesis 14:14-24 Lot door Abram bevrijd 2
Genesis 36:20-30 Nakomelingen van Esau 2
Genesis 33:12-17 Jakob oog in oog met Esau 5
Genesis 10:21-32 Nakomelingen van Noachs zonen 2
Genesis 12:1-9 Abram naar Kanaän
Genesis 38:15-23 Juda en Tamar 2
Genesis 18:23-33 Sodom en Gomorra 3
Genesis 22:20-24 Nakomelingen van Nachor
Genesis 46:31-34 Jakob met al zijn nakomelingen na...
Genesis 12:10-20-13:1 Abram en Sarai in Egypte
Genesis 18:16-22 Sodom en Gomorra 2
Genesis 29:1-14 Jakob bij Laban 1
Genesis 11:27-32 Terach
Genesis 45:10-20 Jozefs broers opnieuw in Egypte 8
Genesis 30:19-32 Jakob bij Laban 5
Genesis 6:5-22 Noach 1
Genesis 24:45-57 Een vrouw voor Isaak 4
Genesis 33:18-20 Dina en Sichem 1
Genesis 30:1-18 Jakob bij Laban 4
Genesis 39:9-20 Jozef en de vrouw van Potifar 2
Genesis 1:1-19 De schepping van hemel en Aarde 1
Genesis 28:1-9 Jakob ontneemt Esau de zegen 5
Genesis 19:1-14 Sodom en Gomorra 4
Genesis 15:12-21 Abrams visioen 2
Genesis 3:14-24 De tuin van Eden 4
Genesis 18:1-15 Sodom en Gomorra 1
Genesis 38:24-30 Juda en Tamar 3
Genesis 24:1-14 Een vrouw voor Isaak 1
Genesis 22:15-19 Abraham op de proef gesteld 2
Genesis 33:1-11 Jakob oog in oog met Esau 4
Genesis 35:1-15 Jakob opnieuw in Betel 1
Genesis 24:58-67 Een vrouw voor Isaak 5
Genesis 37:26-36 Jozef verkocht en naar Egypte geb...
Genesis 26:1-11 Isaak en Rebekka in Gerar 1
Genesis 46:16-30 Jakob met al zijn nakomelingen na...
Genesis 10:1-20 Nakomelingen van Noachs zonen 1
Genesis 14:1-13 Lot door Abram bevrijd 1
Genesis 50:1-14 Jakobs levenseinde 6
Genesis 27:1-19 Jakob ontneemt Esau de zegen 2
Genesis 36:1-19 Nakomelingen van Esau 1
Genesis 42:1-17 Jozefs broers in Egypte 1
Genesis 48:13-22 Jakobs levenseinde 3
Genesis 7:1-16 Noach 2
Genesis 34:25-31 Dina en Sichem 4
Genesis 50:15-21 Jakobs levenseinde 7
Genesis 34:1-12 Dina en Sichem 2
Genesis 31:31-42 Jakob bij Laban 9
Genesis 25:19-34 Jakob en Esau
