Te midden van de gesneuvelden hebben zij een rustplaats gekregen, de koning en heel zijn volk:

hun graven bevinden zich rondom. Het zijn allemaal onbesnedenen die zijn gesneuveld – eens zaaiden ze angst in het land van de levenden, en nu moeten ze hun schande dragen met degenen die in het graf zijn afgedaald, te midden van de gesneuvelden.

Daar ligt het volk van Mesech-Tubal, hun graven omgeven de koning. Het zijn allemaal onbesnedenen die gesneuveld zijn – eens zaaiden ze angst in het land van de levenden. Ze liggen niet bij de helden uit het verre verleden die met wapenrusting en al naar het dodenrijk zijn afgedaald. Ook zij zaaiden angst in het land van de levenden, en nu ligt hun zwaard onder hun hoofd en kleven hun zonden aan hun botten.

Ook jij zult gebroken neerliggen te midden van de onbesnedenen, bij de gesneuvelden.

Daar ligt Edom, met zijn koningen en vorsten, die, hoe sterk ze ook waren, naast de gesneuvelden zijn neergelegd. Nu liggen ze bij de onbesnedenen, bij hen die in het graf zijn afgedaald.

En daar liggen alle heersers van het noorden, en alle Sidoniërs:

ze zijn, hoe sterk en gevreesd ze ook waren, afgedaald naar de gesneuvelden. Ze zijn onteerd, ze liggen als onbesnedenen bij de gesneuvelden, en ze moeten nu hun schande dragen met hen die in het graf zijn afgedaald.

Wanneer de farao hen ziet, zal dat hem troost geven voor het verlies van zijn hele volk. Ook de farao en heel zijn leger zullen sneuvelen – spreekt God, de HEER. Het land van de levenden heb Ik vervuld van angst voor de farao, maar nu komt hij met zijn volk te liggen te midden van de onbesnedenen en de gesneuvelden – zo spreekt God, de HEER.’

Loading

Lees ook deze Berichten:

Ezechiël 1:1-14 Ezechiël geroepen 1
Ezechiël 45:1-12 Verdeling van de grond 1
Ezechiël 16:1-13 Jeruzalems ontrouw 1
Ezechiël 21:29-37 Het goddelijk zwaard 3
Ezechiël 44:11-19 Toegang tot de tempel 2
Ezechiël 32:1-15 1
Ezechiël 23:17-30 Ohola en Oholiba 2
Ezechiël 38:1-12 Gogs leger vernietigd 1
Ezechiël 8:1-11 Visioen in de tempel van Jeruzalem...
Ezechiël 4:11-17 2
Ezechiël 14:12-23 Het lot van Jeruzalem 2
Ezechiël 16:14-27 Jeruzalems ontrouw 2
Ezechiël 29:13-21 Profetie tegen Egypte 2
Ezechiël 42:12-20 De ruimten voor de priesters 2
Ezechiël 17:15-24 De adelaars en de wijnstok 2
Ezechiël 38:13-23 Gogs leger vernietigd 2
Ezechiël 23:45-49 Ohola en Oholiba 4
Ezechiël 15:1-8 Het hout van de wijnstok
Ezechiël 43:1-11 De verschijning van de HEER keert...
Ezechiël 23:31-44 Ohola en Oholiba 3
Ezechiël 12:1-10 Een teken voor het opstandige vol...
Ezechiël 31:1-11 1
Ezechiël 20:13-25 Israël opstandig en ontrouw 2
Ezechiël 23:1-16 Ohola en Oholiba 1
Ezechiël 12:11-19 Een teken voor het opstandige vo...
Ezechiël 28:1-15 1
Ezechiël 33:1-11 Ieder mens naar zijn daden beoord...
Ezechiël 11:14-25 2
Ezechiël 36:26-38 3
Ezechiël 34:1-10 De slechte herders en de goede he...
Ezechiël 1:15-28 Ezechiël geroepen 2
Ezechiël 5:1-9 1
Ezechiël 30:1-14 1
Ezechiël 10:1-12 1
Ezechiël 6:11-14 Israël getroffen door het zwaard ...
Ezechiël 30:15-26 2
Ezechiël 24:1-14 De kookpot 1
Ezechiël 18:14-22 Wie rechtvaardig handelt, zal le...
Ezechiël 22:1-17 Oordeel over Jeruzalem 1
Ezechiël 28:16-26 2
Ezechiël 18:23-32 Wie rechtvaardig handelt, zal le...
Ezechiël 10:13-22 2
Ezechiël 6:1-10 Israël getroffen door het zwaard 1
Ezechiël 29:1-12 Profetie tegen Egypte 1
Ezechiël 8:12-18 Visioen in de tempel van Jeruzale...
Ezechiël 45:13-25 Verdeling van de grond 2
Ezechiël 22:18-31 Oordeel over Jeruzalem 2
Ezechiël 41:13-26 2
Ezechiël 34:21-31 De slechte herders en de goede h...
Ezechiël 7:1-13 Het einde komt 1
Ezechiël 33:12-21 Ieder mens naar zijn daden beoor...
Ezechiël 40:27-39 De nieuwe tempel 3
Ezechiël 5:10-17 2
Ezechiël 43:21-27 De verschijning van de HEER keer...
Ezechiël 20:37-44 Israël opstandig en ontrouw 4
Ezechiël 25:10-17 Profetie tegen de volken die Isr...
Ezechiël 44:20-31 Toegang tot de tempel 3
Ezechiël 13:14-23 2
Ezechiël 16:52-63 Jeruzalems ontrouw 5
Ezechiël 16:41-51 Jeruzalems ontrouw 4
Ezechiël 21:1-16 Het goddelijk zwaard 1
Ezechiël 40:1-12 De nieuwe tempel 1
Ezechiël 39:1-14 1
Ezechiël 48:23-35 3
Ezechiël 46:1-11 1
Ezechiël 48:1-12 1
Ezechiël 41:1-12 1
Ezechiël 19:1-14 De leeuwin en de wijnstok
Ezechiël 34:11-20 De slechte herders en de goede h...
Ezechiël 13:1-13 1
0Shares