De steden waar nu nog mensen wonen, zullen veranderen in ruïnes en het land wordt een woestenij. Dan zullen jullie beseffen dat Ik de HEER ben.”’

Ezechiël en de andere profeten.

De HEER richtte zich tot mij:

‘Mensenkind, hoe luidt dat spreekwoord bij jullie in Israël? De dagen rijgen zich aaneen, en geen visioen komt uit? Zeg hun dit:

“Dit zegt God, de HEER:

Ik zal zorgen dat dit spreekwoord verdwijnt; het zal in Israël niet meer worden gehoord. Nog even en elk visioen komt uit. Dan zullen er in heel Israël geen bedrieglijke visioenen meer worden gezien of valse voorspellingen worden gehoord. Mijn besluit staat vast! Wat Ik, de HEER, zeg, zal gebeuren; het zal niet worden uitgesteld. Wat Ik zeg zal Ik nog tijdens jullie leven doen, opstandig volk! – zo spreekt God, de HEER.”’

De HEER richtte zich tot mij:

‘Je weet, mensenkind, wat het volk van Israël zegt:

“De visioenen van die ziener betreffen de verre toekomst, zijn profetieën gaan over verre tijden.” Zeg daarom tegen hen:

“Dit zegt God, de HEER:

Wat Ik besloten heb, zal niet worden uitgesteld! Alles wat Ik zeg, zal gebeuren! – zo spreekt God, de HEER.”’

Loading

Lees ook deze Berichten:

Ezechiël 39:15-29 2
Ezechiël 8:12-18 Visioen in de tempel van Jeruzale...
Ezechiël 25:1-9 Profetie tegen de volken die Israë...
Ezechiël 29:13-21 Profetie tegen Egypte 2
Ezechiël 42:1-11 De ruimten voor de priesters 1
Ezechiël 36:1-12 1
Ezechiël 35:1-15 Profetie over het Seïrgebergte en...
Ezechiël 12:1-10 Een teken voor het opstandige vol...
Ezechiël 36:13-25 2
Ezechiël 1:1-14 Ezechiël geroepen 1
Ezechiël 27:1-19 1
Ezechiël 34:11-20 De slechte herders en de goede h...
Ezechiël 41:1-12 1
Ezechiël 20:37-44 Israël opstandig en ontrouw 4
Ezechiël 1:15-28 Ezechiël geroepen 2
Ezechiël 44:11-19 Toegang tot de tempel 2
Ezechiël 19:1-14 De leeuwin en de wijnstok
Ezechiël 40:40-49 De nieuwe tempel 4
Ezechiël 4:1-10 1
Ezechiël 6:1-10 Israël getroffen door het zwaard 1
Ezechiël 6:11-14 Israël getroffen door het zwaard ...
Ezechiël 20:13-25 Israël opstandig en ontrouw 2
Ezechiël 45:13-25 Verdeling van de grond 2
Ezechiël 46:1-11 1
Ezechiël 36:26-38 3
Ezechiël 11:1-13 1
Ezechiël 10:13-22 2
Ezechiël 33:1-11 Ieder mens naar zijn daden beoord...
Ezechiël 37:15-28 Eén God, één volk, één herder 2
Ezechiël 44:20-31 Toegang tot de tempel 3
Ezechiël 3:18-27 2
Ezechiël 28:1-15 1
Ezechiël 22:18-31 Oordeel over Jeruzalem 2
Ezechiël 9:1-11 1
Ezechiël 28:16-26 2
Ezechiël 16:41-51 Jeruzalems ontrouw 4
Ezechiël 25:10-17 Profetie tegen de volken die Isr...
Ezechiël 26:12-21 Profetie over Tyrus 2
Ezechiël 24:15-27 Een plotselinge slag 2
Ezechiël 7:14-27 Het einde komt 2
Ezechiël 21:17-28 Het goddelijk zwaard 2
Ezechiël 2:1-10
Ezechiël 12:11-19 Een teken voor het opstandige vo...
Ezechiël 31:1-11 1
Ezechiël 47:13-23 De grenzen van het land 2
Ezechiël 16:14-27 Jeruzalems ontrouw 2
Ezechiël 11:14-25 2
Ezechiël 40:13-26 De nieuwe tempel 2
Ezechiël 32:25-32 3
Ezechiël 23:17-30 Ohola en Oholiba 2
Ezechiël 13:1-13 1
Ezechiël 46:12-24 2
Ezechiël 30:1-14 1
Ezechiël 16:1-13 Jeruzalems ontrouw 1
Ezechiël 31:12-18 2
Ezechiël 17:15-24 De adelaars en de wijnstok 2
Ezechiël 20:1-12 Israël opstandig en ontrouw 1
Ezechiël 21:1-16 Het goddelijk zwaard 1
Ezechiël 39:1-14 1
Ezechiël 33:22-33 Ieder mens naar zijn daden beoor...
Ezechiël 16:28-40 Jeruzalems ontrouw 3
Ezechiël 16:52-63 Jeruzalems ontrouw 5
Ezechiël 18:23-32 Wie rechtvaardig handelt, zal le...
Ezechiël 42:12-20 De ruimten voor de priesters 2
Ezechiël 48:23-35 3
Ezechiël 23:45-49 Ohola en Oholiba 4
Ezechiël 27:20-36 2
Ezechiël 32:1-15 1
Ezechiël 20:26-36 Israël opstandig en ontrouw 3
Ezechiël 4:11-17 2
0Shares